De gemeente is een familie.

Wij zijn kinderen van God, broers en zussen van elkaar. De Bijbel spoort ons aan om elkaar lief te hebben, te bemoedigen en steunen in alle omstandigheden. Vriendelijkheid, gastvrijheid, respect en vergeving horen erbij.


Mt. 22:39
39 Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf.

Rom. 12:10
10 Heb elkaar lief met de innige liefde van broeders en zusters en acht de ander hoger dan uzelf.

Rom. 14:13
13 Laten we elkaar daarom niet langer veroordelen, maar neem u voor, uw broeder en zuster geen aanstoot te geven en hun niet te ergeren.

Rom. 14:19
19 Laten we daarom streven naar wat de vrede bevordert en naar wat opbouwend is voor elkaar.

Hebr. 13:1-2
1 Houd de onderlinge liefde in stand 2 en houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen.

1 Pet. 3:8-9
8 Tot slot vraag ik u: Wees allen eensgezind, leef met elkaar mee, heb elkaar lief als broeders en zusters, wees barmhartig en bereid de minste te zijn. 9 Vergeld geen kwaad met kwaad, en als u wordt uitgescholden, scheld dan niet terug; zegen juist, opdat u ook zelf zegen ontvangt, want daartoe bent u geroepen.

1 Pet. 4:8
8 Heb elkaar vóór alles innig lief, want liefde bedekt tal van zonden.

1 Joh. 4:11
11 Geliefde broeders en zusters, als God ons zo heeft liefgehad, moeten ook wij elkaar liefhebben.